Posts tonen met het label kinderen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label kinderen. Alle posts tonen

zondag 19 juni 2011

Op een mooie Pinksterdag

Lawaai, drukte en de bedwelmende geur van smoutebollen en braadworsten. Ik haat het, mijn kinderen zijn er dol op. "Wanneer gaan we nu naar De Sinksenfoor? Straks is hij alweer weg en zijn we wéér niet geweest, zoals vorig jaar!", zegt mijn oudste net iets te beschuldigend. Ik besluit om deze keer niet uit (lees: af) te stellen maar het monster wel stante pede en dapper tegemoet te treden.
Even later zitten we in de auto, al een half uur naarstig op zoek naar dat éne lege parkeerplaatsje. "Ooh, zalig, ik ruik ze al, de smoutebollen!" roept mijn oudste voor de vierde keer op rij terwijl ze het raampje nog wat verder opendraait". "En ook suikerspinnen!" roept de middelste na. De jongste wipt vrolijk op en neer op de maat van de kermisbeats. Als er plots een auto wegrijdt, en het de 4x4 voor me net niet lukt om zich in het vrijgekomen plaatsje te wurmen, weet ik dat rechtsomkeert maken er niet meer inzit.
Op het terrein  is het over de koppen lopen, zigzaggen tussen tweelingbuggy’s met jengelende baby's, frieten etende bierbuiken, platgetrapte hamburgers, en hier en daar een meelijwekkende pitbull. Even dwalen mijn gedachten af  naar mijn kindertijd. Ik was net geen 10 en trok met mijn trouwe viervoeter naar de plaatselijke dorpskermis. Ik zag het al helemaal voor me. Ik zou die vervelende  jongens bij de botsauto's wel eens een lesje leren. Ik had nu immers een hond. Een boxer nog wel. Maar het beest in kwestie, dat er gevaarlijker uitzag dan het in werkelijkheid was, kreeg op een halve kilometer van het gedreun een paniekaanval en liep hard weg. Ik vond hem pas uren later terug. Bibberend in het tuinhuisje van de buren. Sindsdien heb ik altijd medelijden met honden op kermissen. …“Dierenbeul" zeg ik net luid genoeg. Snel lopen we voorbij zodat de eigenaar van de pitbull, die eruitziet als een frequente kermisbezoeker, niks kan terugzeggen
De paniek mij om het hart. Stel dat ik één van mijn kinderen uit het oog verlies? Ik kribbel mijn telefoonnummer op hun handjes terwijl ik boven het lawaai uitroep: “ALS JULLIE ME KWIJT ZIJN MOGEN JULLIE NIET MET VREEMDE MENEREN OF MEVROUWEN MEEGAAN HOOR, MAAR WÉL VRAGEN  DAT NUMMER TE BELLEN!” Ze staren me onbegrijpend aan met die grote ogen van ze en vragen alleen maar: "WANNEER KRIJGEN WIJ NU SMOUTEBOLLEN?", "JA, OF EEN SUIKERSPIN?". “Eerst even in de molentjes" mompel ik . "Want anders gaan jullie KOTSEN!".
Het ene moment zien mijn lede ogen hoe de beurs slinkt. Het andere moment schieten ze vol als ik die lachende gezichtjes zie, naar hen terugzwaai en even later hoor hoe leuk het was in de brandweerauto of op de paardjes.
Op naar de eendenkraam. Nadat ze elk tien exemplaren hebben gevangen mogen ze iets kiezen. Zoals altijd uit de onderste rij. Maar ze willen iets uit de bovenste rij. U weet wel waar ik het over heb. Ze willen altijd iets uit de bovenste rij. Maar ik heb maar 5 euro per kind betaald, dus smoor ik snel het akkefietje in de kiem en vraag luidkeels : “HEEFT ER IEMAND ZIN IN SMOUTEBOLLEN OF EEN SUIKERSPIN?”  “JAAAA!” Roepen de oudsten in koor, terwijl ze alsnog akkoord gaan met een trompet en een beer uit de onderste rij. Oef. De jongste wipt  bij wijze van antwoord net ietsje sneller op en neer dan de kermisbeats. Voor eendjes vangen is ze nog te klein. De eenden zouden al gauw tussen de platgetrapte hamburgers belanden. Maar de suikerspin gaat er wel in. Evenals de smoutebollen. Zij smullen. Ik smul. Plakkende handen, poedersuiker overal. Ach wat, het hoort er allemaal bij. En een smoutebol maakt veel goed.

donderdag 9 juni 2011

Hormonale flipperkast

Normaal heb ik er niet zoveel last van. Mijn homonenspiegel was altijd nogal stabiel. Op een maandelijkse chocolade-uitspatting en een klein ingehouden snauwtje naar mijn Liefde na, viel het allemaal vrij goed mee. Ik heb nochtans het gevoel dat het met de jaren erger wordt. Of is het misschien de menopauze die zich (uiteraard) veel te vroeg aankondigt?
Vandaag was het weer zo'n 'heerlijke' dag. Opstaan is beginnen aan een dubbele iron lady. Hoofdpijn, buikpijn en vooral een allesverlammende moedeloosheid. Ik kan maar één ding denken als ik me op m'n dagplanning concentreer: ik heb er zóóóó géééén zin in vandaag. Bweurk. "Ik meld me ziek en blijf in bed", denk ik. Maar wie brengt de kinderen dan naar school? Wie belt mijn cliënten af? Welke collega kan mijn werk overnemen? En weer een teamvergadering missen? Neen, dan toch maar opstaan en eraan beginnen. (Damn, dat plichtbewustzijn altijd!) Mezelf erdoorheen slepen is de enige optie. Mijn haar wassen? Foert, dan heb ik maar een vettige kop. Mijn benen ontharen? Ik trek wel een makkelijke broek aan. En ach, dan heb ik maar wallen, en dan zie ik er maar moe en afgepeigerd uit. Wie kan het schelen?  Ik moet tenslotte toch nooit meer een man aan de haak slaan.
Het groot stuk chocola bij het ontbijt brengt iets of wat verlichting en de daaropvolgende dikke plak peperkoek met goede boter nog een beetje meer. "Ik zou beter yoghurt eten, met een kiwi of zo", denk ik terwijl ik gemorste melk opveeg met m'n ene hand en met m'n andere hand mijn Bloemen voorzie van ontbijtgranen terwijl ik het bijgeleverde gadget angstvallig verborgen tracht te houden ter preventie van ruzie.
Natuurlijk heb ik wind tegen bij het fietsen. En natuurlijk hebben ze het gadget toch nog ontdekt en kibbelen ze de hele weg naar school over wie het mag hebben en in plaats van wat. Ze hebben het ook koud en ze hebben ook nog dorst en ze willen ook niet naar de nabewaking en ik zeg alleen maar: "WAT? IK VERSTA JULLIE NIET MET DIE HARDE WIND!"
Eenmaal op het werk wordt het niet beter. De koffie is te sterk, de vergadering te vervelend, de koekjes te uitgedroogd, de cliënten te zeurderig, de dafalgan niet sterk genoeg, het ecologisch toiletpapier te ruw, de e-mails te moeilijk om meteen te beantwoorden, de to do stapel te overwoekerd. Gelukkig zijn mijn collega's nog lief. Wat zou ik zijn zonder hen.

zondag 5 juni 2011

Ontsnapping uit Kabouterland

"Ik moet maar eens dringend naar mezelf op zoek gaan", zei de vrouw. Ze doorsnuffelde de strijkstapel, inspecteerde de overvolle buffetkast die al jaren niet meer dichtging, keek onder het stoffige tapijt, en zocht voor alle zekerheid ook eens tussen de plakkende lolly's en volgesnoten zakdoekjes in haar handtas. Niets. "Waar heb ik mezelf toch gelaten?" vroeg ze zich af.
In feite draaide alles al jaren maar om één ding. Kinderen. Eerst 10 jaar om zichzelf ervan te overtuigen dat ze die echt wilde. En de daaropvolgende jaren waren verdwenen als sneeuw onder de zon der moederschapsgeneugten.  Kinderen hier, kinderen daar en kinderen overal. En dat in drievoud. Op zich wel een leuke vervullende, of moeten we zeggen, vervuilende bezigheid. Ware het niet dat Kabouterland ook zijn beperkingen kende. En die voelde de vrouw maar al te goed aan. (Bij het verschonen van de 7642ste poepluier bijvoorbeeld, of na het overdreven bewieroken van de 543ste kindertekening, en al zéker na die weerzinwekkende droom de nacht vooraf waarin ze werd verzwolgen door een reuzengrote Bumba met uitpuilende ogen en vieze stinkbek... En haar nachten waren al zo kort)
De vrouw liep naar de veertig dus op zich was het niet zo abnormaal dat zulke existentiële vraagstukken haar plaagden.  Haar vorige soortgelijke crisis dateerde van tien jaar geleden, toen de kaap van de dertig schrikwekkend dichterbij kwam en ze het even allemaal niet meer wist. Totdat ze plots(klaps) toch zwanger werd, en een mamablog begon. En dacht daarbij zichzelf gevonden te hebben. Maar ja, na nog eens 10 jaar was het voor haar zo helder als een lentehemel na een lange druilerige winter. Ze moest iets anders doen. Echt iets voor zichzelf dit keer. Geen naailessen om meisjesjurkjes te leren maken. Geen oudervereniging omdat die fantastische school ouderparticipatie zo belangrijk vindt. En ook geen mindfullnesscursus omdat het hip is en je het 'echt moet gedaan hebben'.
Nu kan u zich wel voorstellen dat 6 jaar in de isoleercel van Kabouterland niet bepaald een boost is voor uw zelfvertrouwen. Dat voelde de vrouw ook al meteen nadat ze de inschrijvingsmail had gestuurd. "Wat denk je wel? ", riep het gemene heksenstemmetje in haar hoofd. "Je denkt toch niet dat die huis- tuin- en keukenbrouwsels van jou ook maar iéts om het lijf hebben, laat staan in de buurt komen van het literaire genre 'Column'? " "Nee, natuurlijk niet", antwoordde de vrouw. "Maar ik moet toch ergens beginnen? En daarbij...", diende ze de heks nog moedig van repliek, "vroeger schreef ik best aardig, althans volgens mijn leraar Nederlands die wel eens durfde weg te lopen met één van mijn verhandelingen. Ja ja, echt waar!" De gemene heks gniffelde en mompelde nog iets na in de trant van: "Je zal wel zien dat ik gelijk krijg!". Maar de vrouw hield voet bij stuk. Ze zocht nogmaals in haar plakkende handtas -naar haar creditkaart ditmaal- en schreef  koppig de 120 euro cursusgeld over. Waarna ze de eerstvolgende kinderkrabbeltekening negeerde, haar stinkende baby voor de TV plantte en begon te schrijven.

dinsdag 31 mei 2011

Pijn

Laatst fietste ik met mijn met Bloemen volgeladen bakfiets door de stad. Het zonnetje scheen, er stond weinig wind en ik werd eens een keertje niet van mijn sokken gereden door zigzaggende lijnbussen aan 80 km per uur. Ik zag zelfs geen  tegenligger in de éénrichtingstraat die ik in tegenrichting doorfietste. De Bloemen keken vredevol en zachtjes neuriënd rond vanuit hun bak. Ze waren blij dat ze naar school mochten. Ze hadden zowaar mekaars handje vast  (maar dat kan ik me ook verbeeld hebben). Kortom: een moment zoals je het maar één keer per schrikkeljaar meemaakt.
Plots verschijnt er van achter het hoekje een andere moeder, duidelijk afgeleefd, buggy nors voor zich uitduwend en geflankeerd door 3 levendige kleuters. Kleuters die niets anders deden dan levendig zijn. En ook wel een beetje tegen elkaar aanduwen en trekken. Irritant doch normaal gedrag voor hun leeftijd dus. Maar dat was blijkbaar teveel voor de norse afgeleefde moeder, kon ik opmaken uit de hysterische commando's en dito snauwen die ze haar kinderen toewierp. En alsof dat niet genoeg was, zag ik haar even later ook nog ééntje bij zijn nekvel grijpen en haar vlakke hand in het gezicht van het ongelukkige ventje petsen. Zomaar! Expres! Het kind kon nog geen 3 jaar oud kon zijn en begon natuurlijk te huilen van de pijn.
Op zo'n momenten voel ik de agressie als vulkanisch magma in me opborrelen. Ouders die hun kind slaan, het is iets wat ik niet kan begrijpen, horen, laat staan zien gebeuren. Ja ok, ook ik heb me wel eens bezondigd aan een pedagogisch tikje op het moment dat ze met hun mollige handje naar de gloeiend hete oven reiken, of vlak voordat ze een fles bleekwater aan hun mond willen zetten. En ik geef toe, soms... neen,  eigenlijk vrij vaak,  moet ik ook tot 10 tellen en iets anders met mijn handen gaan doen ter preventie van erger. Zo heb ik al eens een sigaret opgestoken, of de radio oorverdovend luid gezet, of een DVD doosje wild door de de kamer gesmeten, of  godbetert, een breiwerkje ter hand genomen. Maakt niet uit op zo'n moment. Alles is beter dan je kind slaan, toch?
Maar daar fiets je dan, en eigenlijk wil je stoppen en tegen die moeder zeggen dat dat verkeerd is, je kind slaan. Het ventje vastpakken en een kusje geven en ach ja, waarom niet, mee naar huis nemen en een groot stuk chocola geven om hem te troosten. Maar je doet het niet. Neen, je draait je hoofd om en fietst door. En even later vraag je aan je kinderen: "Doet mama dat ook wel eens, zo boos worden? "  "Ja heel soms wel, maar ons kletsen heb je nog niet gedaan", zeggen ze, waarna ze zachtjes verder neuriën. Nog niet, onthoud ik, ... nog niet.

zaterdag 28 mei 2011

Wat ik nu allemaal heb en vroeger nooit dacht te krijgen

  1. Wallen onder mijn ogen
  2. Een grijze bles
  3. Gehoorschade gepaard gaande met selectieve doofheid
  4. Pijnlijk korte nachten
  5. Nog bredere heupen
  6. Soms 3 weken geen seks
  7. Kinderfoto's op mijn bureau
  8. Kinderfoto's op mijn gsm
  9. Kinderfoto's in mijn agenda
  10. Kinderfoto's aan de muur
  11. Kinderfoto's op facebook
  12. Een mamablog met... kinderfoto's
  13. Stapels, overal en altijd en van vanalles
  14. Hele lunchgesprekken met collega's alleen maar over slaaptechnieken, eetproblemen, driftbuien en de beste billendoekjes op de markt.
  15. Een monovolume vol kruimels, beschimmelde broodkorsten, in de bekleding plakkende kauwgums en half leeggedronken drankbricjes
  16. Een 'hoek' om stoute kinderen in te zetten
  17. Spontaan tranende ogen
  18. Een hart dat veel te snel verweekt
  19. De woorden "als ge geen kinderen hebt kunt ge er niet over meespreken"

woensdag 18 mei 2011

Cinema op de tandartsstoel

Een tandartsbezoek is nimmer en voor niemand een pretje. Nu ben ik niet het type dat een paniekaanval krijgt alleen al bij de gedachte aan het zacht doch indringend gezoem. Noch de stoel, de lamp of zelfs het gekeuter van de tandartshaak boezemen mij échte angst in. Neen, ik ga zelfs rustig en cool naar mijn afspraak. Na vijf grondige toiletbezoeken en mezelf toesprekend dat het over een uurtje alweer voorbij is. Niet dat ik het, zoals mijn Bloemen, beschouw als een leuk en spannend uitje. Dat nu ook weer niet. Tja, want zij vonden het wel érg bijzonder. Niet in het minst omdat ze van de tandarts naar De Kleine Zeemeermin mochten kijken tijdens de werken. Door zo'n coole sci-fi bril nog wel. En een cadeautje mochten uitkiezen als beloning voor het niet slaken van angstkreten. En zelfs drie keer hun cadeautje mochten omruilen omdat het eigenlijk toch niet naar hun zin was.

"Mag jij dan ook naar 'De Kleine Zeemeermin' kijken?" vroeg Grote Bloem. "Ik denk dat dat alleen voor de kindjes is.", antwoordde ik al lachend bij het idee alleen al. Groot was mijn verbazing dan ook toen de tandarts, voordat hij de spuit in mijn kaak wilde planten, vroeg of ik zin had in een filmpje. "Neu", zei ik dapper, "het lukt zo ook wel hoor". En toen plantte hij dus die spuit in mijn tandvlees. En  kromde ik even mijn tenen (wat hij in geen geval kon gezien hebben!). En daarna begon hij een klein beetje te boren en stelde hij wederom de vraag, maar dan iets kordater. Ik twijfelde en lachte wat zenuwachtig en hoorde mezelf antwoorden:"Ach ja, als je iets anders hebt dan de Kleine Zeemeermin, waarom niet?" En zo kwam het dat ik de eerste 20 minuten van de film Cellular zag als een echte Geordi La Forge met opengesperde mond, gekromde tenen en gebalde vuisten.

zondag 15 mei 2011

En toen werden we een schema...


"Waarom wordt dat kind ( Kleine Bloem, 4 jaar ) niet gek van zichzelf?", vroegen we ons al geruime tijd af, het einde van ons Latijn nabij. Waarom loopt ze de hele tijd boos, zeurderig, aandachtszoekend en dramaqueenerig door het huis te mokken? Waarom zijn haar eerste woorden aan tafel altijd: "Ik lust dat niet, ik heb dohooorst" om dan boos haar bord van tafel te schuiven, zodat onze gezinsmaaltijden steeds weer uitdraaien op oorlogen. En waarom praat ze ons na en lacht ze ons uit als we haar een standje geven (een perfecte nabootsing van de wijzende vinger incluis)? En waarom moeten we haar zo wat elke dag wel minstens één keer afzonderen om af te koelen en haalt het niks maar dan ook niks uit, behalve dat ze soms ook naar ons uithaalt? En waarom, o waarom is ze op school de liefste, de flinkste, de meest oplettende kleuter van de hele klas,  eet ze altijd braaf haar boterhammen op en zoekt ze nimmer ruzie met niemand?
Zou ze misschien wat meer structuur nodig hebben, vroegen we ons af? Moeten we het leven niet wat voorspelbaarder voor haar maken, stelden we ons de vraag?  En dan gaat een mens zich buigen over schema's en pictogrammen. Toegegeven, niet uit volle overtuiging, maar eerder uit pure wanhoop. Gedaan met plotse ingevingen en impulsieve beslissingen en kies maar zelf houdingen. Neen, een strak schema: hoe verloopt een week? Wat zijn de vaste, steeds terugkerende momenten? Wat verwachten we van haar, en van de andere Bloemen, én van onszelf? Ok, elke dag op hetzelfde uur opstaan dan maar. En gedaan met in de pyama rondlummelen tot de noen in het weekend. Neen, opstaan, meteen aankleden en eten! Op vaste momenten in bad, TV kijken of computeren. En niet te vergeten: 2 keer per week exclusieve papa-mama tijd. Minstens.
Het ziet ernaar uit dat wij harder zullen moeten werken dan zij.

donderdag 16 december 2010

Boom van een boom

Het Kerstfeest is weer in aantocht. En anders dan andere jaren staat onze Kerstboom er ook al. Het is elk jaar weer zo'n twijfelding, die Kerstboom. To fake or not to fake, that's the question. We hebben al jaren een plastieken geval, maar die is nogal flink uit zijn fake kluiten gewassen en neemt teveel plaats in naar mijn zin. Want niemand zit graag in zijn zetel naar zijn favoriete film te kijken geplaagd door kriebelende dennetakken in zijn nek. Daarom kies ik al 3 jaar op rij voor een kleinere, échte spar, met echte naalden die al na 2 dagen van pure misère in grote getale op de grond beginnen vallen en daardoor de laatste weken van mijn jaar vergallen omdat ik elke dag moet stofzuigen.
Dus hebben we de zetels wat verschoven en toch maar weer terug naar de nepper gegrepen dit jaar. Of dat in tijden van groeiend eco-bewustzijn zo'n goed idee is weet ik niet, maar kom, hij staat toch maar schoon te schitteren.
En nu maken de Bloemen elke ochtend ruzie over wie de lampjes mag aansteken. Vrede op Aarde voor iedereen!

donderdag 12 augustus 2010

Countdown

  1. Poetsen, met de Franse slag
  2. Laatste dingen inpakken
  3. Koffers wegen
  4. Koffers herverdelen
  5. Koffers opnieuw wegen
  6. Koffers opnieuw herverdelen
  7. Koffers weer opnieuw wegen
  8. Toch maar die extra sportzak meenemen
  9. Ijskast uitladen en allemaal lekkere dingen weggoooien
  10. Allerlaatste boodschappen doen
  11. Nog eens naar het winkeltje om de hoek voor dat aller állerlaatste boodschapje
  12. Een Quicktje doen
  13. Bloemen vroeg in bad en bed
  14. Wij vroeg in bad en bed
  15. Wij vroeg opstaan
  16. Zenuwachtig worden
  17. Bloemen wakker maken
  18. Nog zenuwachtiger worden
  19. Snel aankleden en iets eten
  20. Nog veel zenuwachtiger worden
  21. Inpaklijst checken
  22. Nog heel veel zenuwachtiger worden
  23. Aller aller állerlaatste dingen inpakken
  24. Naar de luchthaven om 3u30 in de morgenstond
  25. Nu hééééééél zenuwachtig worden, nog zenuwachtiger kan bijna niet
  26. Inchecken
  27. Het uiterste tintelende toppunt van zenuwachtigheid bereiken en misselijk worden ervan
  28. DOOR DE CONTROLES!
  29. Boarden met buggy en de drie inmiddels waarschijnlijk jengelende Bloemen
  30. Opstijgen
  31. Bloemen 4 uur bezig houden
  32. Landen
  33. De juiste koffers meenemen en geen koffers vergeten
  34. Voor de honderduzendmiljoenste keer zeggen: "NEE WE ZIJN ER NOG NIET BIJNA!"
  35. Reisorganisatie terugvinden in vreemde luchthaven
  36. De juiste bus nemen naar het hotel
  37. Een uur in de bus zitten bij 35°C met Turkse muziek in de busluidsprekers
  38. Inchecken in het hotel
  39. De Bloemen met alle middelen tegenhouden opdat ze niet stante pede in het zwembad zouden springen
.....Aaaaargh.......

maandag 9 augustus 2010

Een kindermaag is gauw gevuld

De liefde van het kind gaat niet altijd door de maag. Eten is in het geval van mijn Bloemen eerder een noodzakelijk kwaad dat hun fantasiespel, hun ravotpret of de laatste K3 show die op dat moment op TV te zien is danig in de war stuurt.
 "Wat gaan we eten mama?", vragen ze als ik zeg dat we gaan eten.  En als in mijn antwoord niet de woorden spaghetti, pannenkoeken, kaaskroketten, hamburgers of frieten voorkomen, dan zie ik steevast een pruillip verschijnen. Twee pruillippen. Gepaard gaande met diepe wanhopige zuchten en rollende ogen. Zo was de chinese wokschotel van gisteren dus ook al geen succes. Gelukkig was de courgettensoep van te voren wel een beetje in de smaak gevallen, dus hun ieniemienie portie groenten hadden ze toch al binnen.
Met lange tanden eten schiet ook niet lekker op, dus dan eten ze maar weer een boterham. Soep met brood hoeft ook niet slecht te zijn. Daar houden ze gedetineerden tenslotte ook mee in leven. 
En dat ze de courgettensoep niet meteen terug uitspuwden had waarschijnlijk te maken met het feit dat ik er een half pakje Boursin met chèvre in gekieperd had. Die had ik per toeval in de supermarkt ontdekt in het gamma van de 1001 Boursinkazen. Lekker.

zondag 18 juli 2010

Zomertuin

Er was eens een zondagse Limburgse tuin. Zonovergoten, zomers, hier en daar een laagje schaduw. Er waren mensen, fijne mensen, familie. Warmte. Er waren kinderen, blije kinderen, lachjes, gilletjes, kreetjes  van opwinding en speelsheid. Pret. Waterpret. Waterpistolen en honden. Geen goede combinatie, vonden de honden. Dat vonden de kinderen wel. Hilariteit. Er was een schommel die eventjes te hard ging. Bloedneus. Traantjes die gelukkig snel droogden. Gelukkig.
Grote Bloem bleef daar en wij bleven in vakantiestemming. 

Posted by Picasa

maandag 12 juli 2010

Als sardientjes in een blik

Mijn kinderen vertoeven momenteel in een Belgische badplaats die sommige Antwerpenaars wel in hun achtertuin zouden willen. En het is niet Knokke. Integendeel.

Behalve een lieflijk jachthaventje, een aftandse pier, Het Witte Paard en met tatoeagevolk geplaveide winkelstraten heeft Blankenberge ook een strand. Lang en uitgestrekt en praktisch volledig in bezit genomen door baigneurs (of voor zij die niet thuis zijn in kustjargon: standstoelenverhuurders).

En het is op dat strand dat vriendin E. en ikzelf ons gisteren een plaatsje probeerden te bemachtigen. Gisteren. Dat wil zeggen: zondagmiddag, 32°C, stikbenauwd en vergezeld van vier koters die na een lange en saaie voormiddag in Sealife Centre ("waarom is hier geen zeehondenshow mama en alleen maar stomme uitleg?") NU(!) in de zee wilden. We konden dus niet rap genoeg het zand aan onze billen voelen kleven en het eerste het beste lege plekje deed dus dienst. Maar het hele strand was al benomen door tienmiljoen andere sardientjes. Vlakbij de douche en de golfbreker dan maar. Waardoor we ten eerste een fantastich zicht hadden op alle prachtig getatoeëerde en welgevormde lijven in veel te strakke bikinis en doorhangende zwembroeken (een boost voor uw zelfbeeld!!) En we ten tweede onze koters elke seconde van de minuut 'in de gaten van het oog' moesten houden. Ik ben geen overbezorgde moeder maar wel als er zee, gladde golfbrekers, en kleine kinderen die nog niet kunnen zwemmen aan te pas komen. Gelukkig voelde ik mij regelmatig gebackupt door de strandredders die met hun voorlopers van de vuvuzela waarschuwingsignalen uitzonden. " de zee kan heelhevaarlijk zijn, voor hehet weet zijnzeweh hé madamtje" zei d'r ééntje. En gelijk had ze. Er werd dus alleen gezwommen ver van de golfbreker, in het bijzijn van de moeders en slechts tot aan de navel en niet verder. Over de golfjes springen mocht nog net.

En toch was het plezant. Warm, maar plezant. Voor de kinderen zelfs dolle pret. Behalve voor de jongste telg in het gezelschap die de schaduw en de slaap verkoos boven zon, zee en strand.
Even leek er een pikkedief roet in het eten te gooien. De schop van D, zoontje van E, bleek plotseling spoorloos. Maar niet voor lang. Mijn haviksogen zagen na enige tijd een eindje verderop, een schop uit een berg steken, die verdacht veel op de verdwenen schop leek. En ja hoor. De schop was terecht! Eind goed al goed en iedereen content.

donderdag 8 juli 2010

Wat ik nu 's morgens niet moet doen

  1. Om 6.15u als een slaapwandelend wrak uit bed kruipen.
  2. Grote Bloem 3 keer tevergeefs proberen wakker te krijgen
  3. Kleine Bloems ochtendhumeur zoveel mogelijk trachten te negeren.
  4. Twee Bloemen wassen en aankleden, of ze zover brengen dat ze zichzelf wassen en aankleden (nog moeilijker!)
  5. Ontbijt klaarmaken voor  Bloemen (lees: pap maken, eitje bakken, cornflakes klaarzetten, helpen met boterham smeren, nog eens helpen met boterham smeren als de eerste boterham niet goed of lekker was om godweetwelke reden...).
  6.  Brooddozen uit boekentassen halen en eventueel nog afwassen. (wordt ook door papa gedaan)
  7. Boterhammen smeren voor in de brooddozen (wordt ook door papa gedaan)
  8. Een verrassing klaarmaken voor in de brooddozen (lees: komkommer snijden, wortel raspen, tomaatjes spoelen,...)
  9. Tanden laten poetsen en er daarna nog eens zelf overgaan, als ik de kans krijg.
  10. Grote Bloems lange haar ontwarren en vlechten of staarten maken. Meestal staarten. En bijna nooit dotjes.
  11. Grote Bloem uitleggen waarom geen dotjes en wanneer dan wel dotjes.
  12. Kleine Bloem's krulhaar tegen haar zin doorkammen en er een speldje in worstelen
  13. Helpen met schoenen
  14. Helpen met  andere schoenen omdat de vorige pijn doen of niet de juiste kleur hebben  
  15. Bloemen in de auto of bakfiets hijsen en de gordels uit hun handjes rukken omdat het niet snel genoeg gaat als ze het zelf willen doen.
  16. Halverwege terug naar huis rijden voor de vergeten boekentassen
  17. Bloemen met veel getreuzel op school afzetten, praten met mama's en herinnerd worden aan verjaardagsfeestjes die nog moeten bevestigd worden
  18. Heel hard fietsen om op tijd op het werk proberen te komen.
  19. Te laat op het werk komen

woensdag 7 juli 2010

Zeeleven

Zo lang zij het naar hun zin hebben, zijn wij ook content!



Posted by Picasa

dinsdag 29 juni 2010

Bye bye kleuter n° 1


Het schooljaar is finito. Net zoals de drie kleuterjaren van Grote Bloem. Ik herinner het mij als gisteren hoe ze aan het einde van de eerste schooldag door haar traantjes heen opgelucht zuchtte: "Jij mij halen hè mama, want jij mijn dikke vriend hè mama? ". En ze was nog zo klein toen, en zo verlegen... Met een emo-kip als moeder...
En er is niks veranderd, op drie jaar tijd. Bij de moeder toch niet. Bij Grote Bloem kwam er geen traantje aan te pas afgelopen weekend op haar eerste echte diploma-uitreiking. Fier en stralend nam ze haar document in ontvangst, zong ze het afscheidslied en amuseerde zich de hele namiddag nog eens kostelijk met al haar vriendjes van de klas. De moeder daarentegen, was content dat ze haar zonnebril mee had. En de fotocamera.

zondag 20 juni 2010

Het grote kampeeravontuur deel 2.

Ik kan u vertellen dat het kampeeravontuur van Grote Bloem een gigantisch succes was. Dit dankzij:

1. de spaghetti en het waterijsje
2. het toneelstuk met meester L. in de rol van Goudlokje en juf K. in de rol van babybeertje
3. het feit dat ze mocht kiezen naast wie ze wilde slapen.
4. en de sandwish met choco als ontbijt.

Dikke oef. En nu wil ze natuurlijk "nog eens gaan kamperen mama". "We zullen wel zien", heb ik, zoals gebruikelijk, geantwoord.
Feit is dat Mijn Liefde kamperen even erg haat als een kat een bad, en ik dat avontuur dus alleen zal moeten trotseren. Wat ik op zich geen probleem vind, als het maar niet regent en ik gedoemd ben om met mijn Bloemen hele regendagen al ganzebordend in een iglotentje door te brengen. En dan spreek ik nog niet over de natte handdoeken, klamme slaapzakken en lekkende binnentent. Dus, we zullen wel zien. Misschien binnenkort, een dag of twee drie, in de Ardennen. En intussen wachten we geduldig op het zonnetje.

dinsdag 15 juni 2010

Het grote kampeeravontuur: deel 1

Ik hoop dat ze het niet te koud heeft vannacht. En ik hoop dat ze haar slaapzak wel opengeritst krijgt. En ik hoop dat ze al haar spulletjes gemakkelijk zal vinden in die veel te grote tas. En ik hoop dat ze niet per ongeluk in haar bedje plast en dat morgen beschaamd moet toegeven. En ik hoop zo erg dat ze geen heimwee zal hebben tijdens die allereerste kampeernacht op school. Want heimwee is erg, dat weet ik.

Ik was twaalf toen we eens met de klas gingen kamperen en ik weet nog dat ik dood en dood ongelukkig was. Ik wilde toen alleen maar wenen, maar hield me in want ik moest me sterk en groot houden.
Grote Bloem is vijf. Maar ze lijkt niet op mij. Hoop ik.

vrijdag 2 april 2010

Eiergeklieder


Wat doe je met kinderen die zich vervelen op een
Goede Vrijdagnamiddag?








Posted by Picasa

maandag 22 maart 2010

Valling


Mijn nachten zijn al een week niet meer wat ze geweest zijn. Gezegend als ik was met een Babybloem die vanaf week 3 doorsliep, word ik nu minstens twee keer per nacht gewekt door een Babybloem die naar adem snakt en welhaast stikt in haar eigen snottepieten. Vanalles heb ik al geprobeerd, gaande van bed schuin zetten naar borstkasje kruidenbalsemen tot het opsteken van eucalyptus suppositoirekes. Oh ja en natuurlijk nog het meest traumatiseerde van al: de neus spoelen. 

Grootmoeders truc met de ajuin heb ik afgewogen maar afgevoerd omdat ik bij die geur stante pede begin te dromen van dikke sappige hamburgers met ajuin ... (graptje ;-) Nee ik kan er gewoon niet tegen, tegen die geur, da's alles. En aangezien Babybloem nog geen anderhalve meter van mijn bed ligt, en meestal erin...

Maar de longontsteking waar ik gisteren voor vreesde omdat ze ineens koorts had, bleek gelukkig enkel een onschuldige virale infectie volgens Meneer Doktoor, die trouwens vond dat ze er goed uitzag en goed in het vlees zit.

Afwachten dus maar.

Bloemenlogica/humor

Vanmorgen aan de ontbijttafel.

Grote Bloem: "Haha mama dat was keigrappig! Ik ging juist naar de wc hè, en toen hè en toen, dat was keigrappig mama, toen hè, toen ging de wekker! Haha!"
Kleine Bloem: "Jaaa, en mamaaa, ikke ikke, ik heb mijn slippers gezien op de trap mama. Da's niet grappig hè? :-("

Oftewel: de ochtendstond heeft wartaal in de mond.